Griffel & Bok

  • Home
  • Contact
  • Blog
  • Home
  • Contact
  • Blog

Griffel &Blog

Fake news als goed voorbeeld

9/27/2018

1 Comment

 
Foto
 
Ik ben communicatieprofessional voor organisaties als de overheid en onderzoeksinstellingen. En ik vind het vreselijk om te merken dat de waardevolle informatie die door mijn opdracht-
gevers wordt verkregen door onderzoek zo moeilijk landt in de samenleving. Het voelt onrecht-vaardig dat stukjes over het gevaar van vaccinaties of dat honing veel gezonder is dan suiker zomaar wel aankomen en voor waar worden aangezien. Hoe komt dat toch? En kunnen we leren van fake news in plaats van onze neus er voor op te halen?

 
Om met fake news te kunnen concurreren moeten we eens kijken naar de mechanismen erachter. 
Er zijn een aantal beïnvloedingstechnieken die worden toegepast in de fake news wereld: 
  • Verspreiden door astroturfing. Organisaties verspreiden nieuws via nep accounts, blogs
    en fora onder de naam van een zogenaamd onpartijdig iemand. Zo lijkt een mening of instelling op een organische manier veel bijval te krijgen. En dan zal het wel goed of waar zijn. 
  • Hoe groter de leugen hoe geloofwaardiger. Het idee is dat je iets bedenkt dat zo ongeloofwaardig en groot is dat mensen vanzelf denken “dit is zo gek, kun je niet verzinnen”. En dan ervan uitgaan dat je de waarheid spreekt.
  • Bewijsvoering. Nepnieuws wordt vaak ondersteund door testimonials en statistieken. Vaak zijn de testimonials van niet bestaande of niet relevante personen en gaan de statistieken over iets anders. Niemand die het in de gaten heeft.
 
Deze beïnvloedingstechnieken zijn alleen maar zo effectief omdat wij mensen doen aan hokjesdenken (implicit bias) en omdat we ons eigen gelijk graag bevestigd zien (confirmation bias). Hoe dat werkt? We plaatsen niet alleen anderen in een hokje, maar ook onszelf. We vinden automatisch mensen uit onze eigen hokje geloofwaardig. Als mensen uit ons hokje een bericht delen gaan we ervan uit dat het een waar bericht is. Bovendien zien we graag ons eigen ‘beperkte’ wereldbeeld bevestigd. We zoeken naar nieuws dat ons het gevoel geeft dat we gelijk hebben. Dat gebeurt zelfs wanneer je een rare bult hebt en je gaat googlen wat het is omdat je bang bent dat je iets ernstigs hebt. Ik durf te wedden dat iedereen weleens iets heeft gevonden en dacht, deze bult betekent het einde. Dat is een vorm van confirmation bias.
 
Kunnen we met deze kennis op zak echt waardevolle informatie gaan delen en viral laten gaan? Ik denk het wel. Maar ik denk ook dat je als onderzoeker dan tegen je gevoel in moet durven handelen. Want bijvoorbeeld complexe materie platslaan tot een hapklare sound bite die bijna te mooi is om waar te zijn is niet wat we gewend zijn. Of een uitgebreid plan maken voor een doeltreffende verspreiding van een onderzoek en daarbij collega’s en stakeholders betrekken (vrij geïnspireerd op astroturfing). Of het organiseren van bewijsvoering met quotes en grafiekjes. Dat voelt dubbelop als je weet dat je gelijk hebt. Voor de duidelijkheid: ik pleit er niet voor om te rommelen met het uiteindelijke onderzoek. Maar je kunt wel in de broodkruimels van korte berichten op social media die leiden naar een complete publicatie de lezer wat meer kietelen. We moeten er natuurlijk voor waken dat we zelf door de honger naar rechtvaardigheid niet de waarheid gaan verdraaien.
 
Lees meer over onze training ‘Vergroot je impact met communicatie’. 
 
1 Comment

Lekker uitgedaagd?

3/7/2018

1 Comment

 
Foto
Bij het woord uitdagen moet ik aan een dialoog of duel denken. Je doet iets dat een ander verleidt tot gedrag. Dat kan seksueel van aard zijn, met een kort rokje zoals in de relativerende tweet van Jolanda rond de #metoo discussie, of je wilt bijvoorbeeld met die ander op de vuist. In elk geval is het een één-tweetje, actie en reactie tussen twee individuen.

Zo was het in elk geval tot voor kort. Tegenwoordig lijkt het woord meer een schizofrene insteek te hebben. Het is iets geworden dat je jezelf aandoet. En dan moet het bij voorkeur ook een beetje naar zijn. Deze twitteraar raadt als uitdaging die je jezelf moet aandoen ‘vlees in gelatine’ aan. Het idee is dat als je jezelf iets moeilijks aandoet dat dat goed is voor je ontwikkeling. Maar ook als een ander je iets aandoet is het zaak het niet te zien als een tegenslag. Nee, dat is een uitdaging! Je kunt bovendien door iets een ‘uitdaging’ te noemen de handeling meer cachet geeft. Deze arme kinderen moeten bijvoorbeeld buiten vuil opruimen onder het mom van een uitdaging.

Ook abstracta lijken een rol te kunnen vervullen in het uitdagings één-tweetje. Er is een twitteraar die een kindvriendelijke stad uitdaagt. Of de realiteit die jou als persoon uitdaagt. Verwarrend, want de uitgedaagde heeft in beide gevallen niemand om op te reageren. Dus daar zit je dan, uitgedaagd en wel helemaal alleen thee te drinken.

Het Griffel & Bok #woordvandeweek was deze keer uitdagen. Ontdek met de zoekopdracht wie of wat twitteraars allemaal uitdagen.



1 Comment

Verbindingsdrift

3/1/2018

1 Comment

 
Foto

Je hebt een ding en je hebt nog een ding. Tussen die dingen bevestig je een draadje of een router of iets anders. Nu heb je een verbinding gemaakt. Zo'n verbinding kan heel nuttig zijn. 'De Willemsbrug verbindt de rechteroever van de Nieuwe Maas en het Noordereiland, Rotterdam,' lees ik in een tweet. Geen speld tussen te krijgen en het nut spat er vanaf.

Zo simpel was het, tot het bedrijfsleven, de coaches en de beleidsmakers met verbinden aan de haal gingen. Toen werd verbinden een doel op zich: 'Mijn werk aardt, verbindt hoofd & hart, bewuste en onbewuste'. Mensen die zich afvragen wat dan het concrete  resultaat is van die verbinding, hebben volgens deze twitteraar een gebroken hart of verdoofde gevoelens. Verbinden schopte het op deze manier – terecht – tot officieel 'jeukwoord' van de onvolprezen japke-d.

Met het woord verbinden is heus niet zoveel mis. Maar wat het zo jeukerig maakt, is dat er wordt verbonden, zonder dat helder is wat en waarom. 'Vanavond gaat links Rotterdam zich verbinden,' bijvoorbeeld. Wie of wat is links Rotterdam? Waaraan verbinden zij zich? Elkaar? Aan een doel? Ik wil niet eindeloos hoeven zoeken naar het 'andere' uiteinde van het draadje om een zin te begrijpen. 'Kinderrechten kunnen verbinden & een kapstok zijn om in dialoog te gaan.' Mijn brein probeert de ontbrekende info wanhopig aan te vullen, op zoek naar logica. Tevergeefs. Ik krijg associaties van pratende kinderen die aan een kapstok hangen.

Vuistregel. Wil je iets verbinden? Bedenk dan eerst welke dingen je precies verbindt, waarmee je ze verbindt en waarom je ze verbindt. Lukt het niet om dit te bedenken? Dan laat je ze met rust. Ga in plaats daarvan maar lekker iets opplakken of aan elkaar nieten, als de verbindingsdrift te groot is.
​

Het Griffel & Bok #woordvandeweek was deze keer verbinden. Ontdek met de zoekopdracht wat twitteraars allemaal verbinden.
1 Comment

#Woordvandeweek Ambachtelijk

2/19/2018

1 Comment

 
Foto


Het woord ambacht kan een beroep omschrijven (leerlooier, metselaar) of een vaardigheid (leerlooien, metselen). Maar deze betekenis is nagenoeg verdwenen. We hebben het woord 'ambachtelijk' in een vitrinekastje gezet, vol met andere fantasieën over vorige eeuwen. Door iets ambachtelijks te kopen of gebruiken, horen we zelf ook een beetje bij die mooie, maar vervlogen tijden. In iets waar ambachtelijk op staat, proeven we dat fijne vroeger. 'Als er boeren of ambachtelijk voor staat klinkt het al lekker,' illustreert een twitteraar dit fenomeen.

De marketeers zijn er al een tijdje mee aan de haal. Alles krijgt het predicaat ambachtelijk, omdat we dan proeven met ons gevoel en niet meer met onze zintuigen. We denken het handwerk en het vakmanschap te proeven, hoe machinaal iets ook is gemaakt. Of hoe ver het ook afstaat van het oorspronkelijke product uit het échte vroeger, zoals bij de 'ambachtelijke glutenvrije en lactosevrije stroopwafels'.

Maar ook de betekenis van 'uit het mooie vroeger' is aan het verdwijnen. Ambachtelijk wordt als een campagnesticker op fenomenen geplakt waar je met de beste bedoelingen geen nostalgie in kunt vinden. Een ambachtelijk tostiwalhalla en ambachtelijke porno zijn daar voorbeelden van. Mijn fantasie is rijk genoeg om hier nog wat betekenis bij te verzinnen. Ook zie ik er de humor van in als je iemand ambachtelijk noemt die zelf zijn eten afhaalt in plaats van het te laten bezorgen. Maar:  'je ambachtelijk snel ontwikkelen in de fietsbranche'? Daarvan raak ik het karrespoor echt volkomen bijster.

Bekijk met onze zoekopdracht: wat is er allemaal ambachtelijk op Twitter.

1 Comment

#woordvandeweek: Beleving

2/12/2018

1 Comment

 
Foto

Volgens Van Dale staat het woord beleving voor een (religieuze) ondervinding en innerlijke ervaring. Het is een subjectieve kijk op iets. Je beleving van een situatie wordt gekleurd door je persoonlijkheid en de situatie waar je je in bevindt. In het geval van het conflict over #vliegtuiglawaai tussen Schiphol en omwonenden is het logisch dat partijen de herrie anders beleven. Het belang ligt anders en dus vinden de omwonenden de herrie overlast en Schiphol beleeft herrie als een teken van welvaart. 

Sinds de intrede van de belevingseconomie is beleven naast een innerlijke ervaring ook een activiteit geworden. Een product of dienst kopen of afnemen is namelijk meer niet genoeg. Het moet een totaalervaring zijn die alle zintuigen aanspreekt. Het woord beleving wordt dan vaak gebruikt om een optimale staat te beschrijven. Dit principe komt waarschijnlijk voort uit onze behoefte naar steeds hardere prikkels om nog enthousiast of verrast te raken.

In die context begrijp ik het woord beleving als je het hebt over een uitje naar een pretpark of luxe warenhuis waar een merkenstrategie wordt gekoppeld aan de service en entourage die bij het product passen. In zo’n omgeving worden al je zintuigen geprikkeld om je een bepaalde ervaring (beleving) te bezorgen. Maar zoals bij elke hype verwordt ook de ‘beleving’ tot een mainstream begrip. Want wat ik me moet voorstellen bij een beleving van het #laagveenmoeras of de #binnen- en #buitenbeleving bij een zalencentrum is mij nog niet duidelijk. Hier krijg ik vooralsnog geen wilde fantasieën bij. Dat komt ook omdat ik bij specifiek deze ‘producten’ op zoek ben naar iets anders. Ik wandel bij voorkeur in een mooi stil gebied en een zalencentrum moet vooral prettig en praktisch zijn. Zo zie je maar dat mijn beleving van zoiets maar deels te sturen is. Maar dat is alleen maar in mijn beleving.
​

Wil je weten hoe en wat de Twittergemeenschap 'beleeft'? Zie deze zoekopdracht.

1 Comment

Woord van de week: bevragen

1/16/2018

0 Comments

 
Foto

​'De aard van de incontinentie kun je bevragen bij patiënt ZELF!', zo klinkt een ietwat geëmotioneerde tweet. Er wordt veel bevraagd op twitter. Patiënten dus, maar ook Den Haag, Oostendenaars, een verdachte en zelfs hedendaagse kunst. Dat laatste krabbelt aan mijn taalgevoel. Bij bevragen is namelijk wat mij betreft wel iemand nodig die antwoord geeft.

Bevragen zit tussen vragen en ondervragen in. Wie iets vraagt, stopt daar doorgaans na het antwoord mee. Wie iemand bevraagt, stelt een serie vragen en heeft een bepaald eindresultaat voor ogen. Wie iemand ondervraagt voegt daar geschreeuw en een felle lamp aan toe. Bij het bevragen van Oostendenaars en patiënten heb ik dan ook wel een voorstelling. Maar wat is dan toch 'technologie bevragen, onderwijzen en maken'? Ook bij het bevragen van 'het marktdenken' heb ik moeite me voor te stellen hoe dit vraag- en antwoordspel zich dan precies voltrekt. Bevragen lijkt hier een negatieve insteek te hebben, een beetje zoals 'in twijfel trekken'. De Vlamingen, altijd het beste taalkompas wat mij betreft, keuren dat gebruik van bevragen af. 'Niet gebruiken voor 'kritisch bekijken' adviseert VRT-taaladvies bijvoorbeeld. Daar ben ik het mee eens. Een serie vragen stellen aan een persoon of personen is feitelijk ondervragen, maar omdat dat zo'n politieklank heeft, is bevragen een heel mooi alternatief. Dingen en abstracta kun je echter niet bevragen. Tenminste niet zonder stemmen in je hoofd. 

Wil je weten hoe en wie de Twittergemeenschap 'bevraagt'? Zie deze zoekopdracht.
0 Comments

Als een ananas op een mobiel. Over het net niet kloppende verhaal van Ben

10/12/2017

0 Comments

 
Foto


​Ben heeft een nieuwe campagne bedacht die in de kern gaat over het beperken van smartphonegebruik. Met een filmpjes op een website laat de telecomaanbieder zien hoe raar en vooral zonde het is om tijdens alles wat je meemaakt naar een ananas - symbool voor je mobiel - te kijken. We zien kinderen en tafelgenoten genegeerd worden door iemand die een ananas bekijkt en we zien iemand die een prachtig moment mist omdat hij met zijn ananas bezig is. Ik vind het een goed gevonden en origineel concept. Maar wat hadden die mensen op de stations er nu eigenlijk mee te maken?

Ben hield het spannend: de marketingstunt begon met een soort live pop-up campagne van mensen die in hun eentje op stations naar een ananas stonden te kijken. Er ontstond een kleine buzz op social en er kwam hier en daar een item op tv. Wat deden die mensen daar met die ananas? Vlak daarna bracht Ben de hierboven beschreven filmpjes uit. Goed idee. Mysterie en fun doen het altijd goed. En als een telecomaanbieder ervoor pleit zijn product minder te gebruiken, creëert dat natuurlijk een zeer sympathiek imago. Maar toch klopt er iets niet aan de campagne.

De kernboodschap is dat je belangrijke, sociale momenten niet moet missen doordat je in je ananas dan wel mobiel zit te loeren. De mysterieuze mensen op de stations waren echter niet in gezelschap en ook geen mooi moment aan het beleven. Ze waren gewoon op een station aan het zijn. Wachten, waarschijnlijk. In je eentje wachten op het station is niet per se een zeer sociale context. Zo raar is daarom ook weer niet dat je dan naar je mobiel grijpt.

Wil Ben dat iedereen die moet wachten op het station een praatje aanknoopt met een ander? Nee, dat is de boodschap niet. "We kunnen niet meer zonder! En dat kan natuurlijk eigenlijk niet. Je mag geen belangrijke (sic) moment in je leven missen of niet écht meemaken, omdat je maar op je ananas zit. We willen mensen helpen de juiste balans te vinden!", schrijven 'Ben en Rox' van het webcare team op Facebook. Nou, beste Ben, ik wil best mee in de gedachte dat je je leven niet aan je voorbij moet laten glippen terwijl je op een scherm kijkt. Maar als ik alleen op een station sta te wachten, glippen er geen cruciale levensmomenten aan me voorbij hoor, hoogstens tijd.

Volgens mij wilde Ben net een klein beetje te veel: mysterie creëren, een mini-flashmob op stations én de boodschap verkondigen dat je bijzondere momenten moet koesteren in plaats van ze te missen door gestaar in je mobiel. Dat maakt de campagne diffuus. Bordjeprik zat logischer in elkaar. Misschien was dat wel de truc geweest: heel veel verschillende mensen mobiliseren om een ananas te voorschijn te halen wanneer iemand anders tijdens een sociaal moment in zijn telefoon loert. Dat klopt beter bij je boodschap. Nu sloeg de actie op de stations als een ananas op een mobiel.

0 Comments

Verkeerd verbonden

9/20/2017

0 Comments

 
Foto

​HTM heeft een campagne. Op posters in de tram staan leden van de Raad van Kinderen. De Raad is een adviesorgaan dat ingezet kan worden bij organisaties om prangende vraagstukken op te lossen. Kinderen zijn de toekomst. Zij moeten ook mee kunnen beslissen, is het idee achter de Raad. Op de HTM-posters roepen de kinderen op tot ‘hallo’ zeggen in het openbaar vervoer. “Maak me blij en zeg eens hallo tegen mij”. Ik zat het me in te denken; ik kom een tram binnen en zeg 'hallo' en dan? Dan zegt misschien iemand ‘hallo' terug. Gesprekje klaar. Hooguit denkt iemand dat ik gek ben. Wat is nou het idee achter de campagne? Onder de foto van de blije jongen en zijn quote staat de tekst: HTM verbindt mensen met mensen. Onze Raad van Kinderen geeft aan wat daar voor nodig is.

Verbinden als doel
“We willen verbinding.” Deze tekst kom ik vaak tegen in briefings. De gedachte is dat mensen moeten uitwisselen, dat ze ‘met elkaar’ in gesprek gaan en dat daardoor automatisch een situatie verbetert. Dat gaat vooral, zo heb ik gemerkt, over het tegengaan van verhuftering. Verhuftering op alle niveaus. In een wijk, in gesprekken op het internet of in het openbaar vervoer. Vaak wordt verbinden als doel van een project geformuleerd. Maar volgens mij is verbinden slechts een middel in een gedragsveranderingstraject.
Ook die zoete kinderen van de Raad van Kinderen kregen verbinden mee als doel in hun briefing. Ze zijn door deze sturende doelstelling in mijn ogen gebruikt als vehikel om de ‘gedraag u’ boodschap van HTM uit te dragen. Wat was er bijvoorbeeld gebeurd als HTM aan de Raad van Kinderen de vraag had gesteld: we zien verhuftering in het OV. Mensen gedragen zich soms slecht. Hoe zouden we dat kunnen oplossen? Ik weet zeker dat ze dan met heel andere ideeën dan ‘hallo’ zeggen waren gekomen.
Verbinden als middel
Met een beetje verbinden en tegen elkaar praten ga je verhuftering namelijk niet tegen. Verhuftering gaat over slecht gedrag. Het gaat over mensen die lelijk tegen elkaar doen en besluiten elkaar geen ruimte te geven. Vaak komt dat voort uit onbegrip. Je kent elkaars beweegredenen niet. Dan werkt ‘verbinding’ wél om over de eerste hobbel heen te komen. Als je elkaar begrijpt maakt dat de bereidheid tot verandering groter. Maar je moet mensen aanspreken op een belang om ze ook echt bereid te vinden hun gedrag blijvend aan te passen. En helaas, alleen een lieve warme groet of een leuk gesprek zijn geen blijvende gedragsveranderaars.
0 Comments

Dit is een mededeling voor mensen met een rolstoel

8/28/2017

0 Comments

 
Foto

Je moet zorgen dat de mensen zich aangesproken voelen, dan komt je boodschap aan. Iedereen die op school of op zijn werk leert communiceren krijgt vroeg of laat dit uitgangspunt te horen. Helaas wordt dat uitgangspunt vaak nogal raar toegepast in teksten. In plaats van gewoon tegen de mensen te praten, benoemen bedrijven wie die mensen zijn en bij welke categorie ze horen. En die categorieën roepen nu veel discussie op.

De meest recente, zeer hevige discussie gaat over het besluit van NS om 'dames en heren' te vervangen door 'beste reizigers'. Ik laat het vraagstuk over genderneutraliteit even gaan. Mijn vraag is: dekt 'beste reizigers' dan wel de lading? Voelt iemand die elke dag van Amsterdam Sloterdijk naar Baarn moet zich een reiziger? En als diegene zich geen reiziger voelt, betekent dat dan ook dat de boodschap over de vertraging niet voor hem bestemd is? Welke categorie zou je dan moeten gebruiken, om ook hem aan te spreken? 'Mensen'? 'Klanten'? 
Mijn stelling is dat je het jezelf en je toehoorders nodeloos ingewikkeld maakt door ze per se als een groep te willen aanspreken. 
Geachte categorie'Geachte aanwezigen' is een mooi en zeer bevreemdend voorbeeld van een groep aanspreken. Iedereen die je voor je neus hebt is aanwezig en de niet-aanwezigen weten niet dat jij een groep toespreekt waar ze niet bij horen. Wat voegt die categorie dan toe? Ook HTM had last van uit de hand gelopen aanspreekdrang: op de lichtkrant verscheen een mededeling aan 'reizigers in een rolstoel, met een scootmobiel of rollator of met een kinderwagen'. De strekking van de mededeling was dat de liften de komende tijd niet beschikbaar zouden zijn. Voor mensen zónder een ding op wielen was de boodschap blijkbaar niet bedoeld, omdat HTM vindt dat zij er geen last van hebben als de lift het niet doet. Maar wat dan met de stoklopers? Mensen die roltrappen eng vinden? Luie mensen? De variaties zijn eindeloos.
Vertel het gewoonWaarom zou je nou toch in je verhaal moeten benoemen tot wat voor groep je publiek volgens jou behoort? Focus je liever op een boodschap die zo helder is dat iedereen voor wie hij bestemd is hem begrijpt. En die vriendelijk genoeg is om niet al te veel irritatie op te wekken. Hoe? Zo:
  • "Let op! U kunt komende week niet met de liften, omdat ze onderhouden worden." 
  • "Goedendag, de trein naar Utrecht vertrekt van spoor vijf."
  • "Goedemiddag, leuk dat u bij deze uitreiking bent."
    ​
 Laat het categoriseren maar lekker aan de mensen over. Die weten zelf veel beter dan jij wie of wat ze zijn.
0 Comments

Organisatie = communicatie

6/1/2017

0 Comments

 
Foto

Onlangs heb ik een diploma gehaald. Ik ben nu Senior Communicatieadviseur op C-niveau en heel trots. Dat papiertje heb ik gehaald bij SRM. Ik kan iedere communicatieadviseur aanraden deze opleiding te doen. SRM is een geweldig opleidingsinstituut en deze opleiding heeft een hoop gedaan voor mijn zelfvertrouwen en professionaliteit.
 
Op één punt ben ik het alleen niet met SRM eens. En op dat punt ben ik dan ook bijna gezakt.De examinatoren vonden dat ik me als communicatieadviseur te veel bemoei met organisatievragen. Ik moest het vooral hebben over communicatievragen en concrete communicatieoplossingen. Ik snap wat ze bedoelen, maar voor mij is dat te beperkend. In mijn ogen is een organisatie niets meer of minder dan een groep mensen die samen iets willen van een andere groep mensen. En daarom zijn organisatie-issues bijna altijd communicatietissues en andersom.
 
Een voorbeeld van een communicatievraag: “Hoe creëren we een Wij-gevoel in de organisatie?” Om die te beantwoorden kom je met een leuke interne campagne, wat SMART doelstellingen en teambuilding een heel eind. Maar aan iedere manager of beleidsmaker die bij me komt met deze wens, vraag ik: waarom wil je een Wij-gevoel? Wat levert dat gevoel de organisatie op? Misschien werkt jou organisatie wel beter als de gezonde competitie verhoogd wordt. Maar daarmee begeef ik me volgens SRM op glad ijs, omdat het organisatievraagstuk niet onder de verantwoordelijkheid van communicatie valt.
 
Ik ben het niet eens met dit denken in kolommen. Als communicatieprofessional ben je onderdeel van de organisatie en moet je al je kennis en vaardigheden inzetten in het belang van die organisatie. Organisatieveranderingen of beleidsplannen slagen alleen als er eerst over de impact op de mensen is nagedacht. Een nieuwe afdeling instellen, de focus verleggen naar een ander product, of reorganiseren zijn ook mensen-ingrepen. Ingrepen die je alleen door interactie tussen die mensen voor elkaar krijgt.  
 
Beleid lukt dus alleen via communicatie. Maar de omgekeerde gedachte is nog veel spannender: uit communicatiestrategieën en -onderzoeken, kun je succesvolle beleidsdoelen destilleren. Communicatie is namelijk wat er gebeurt als een groep mensen (je medewerkers, je partners) probeert iets gedaan te krijgen van een andere groep mensen (klanten, burgers, stakeholders). Het vormt de kern van wat je doet. Waarom doe je bijvoorbeeld niet eens bij dalende resultaten een onderzoek naar je interne communicatie? Of vraag je eens aan je afdeling communicatie wat er volgens hen moet gebeuren om je organisatie weer op koers te krijgen? Begin daar eens. Het resultaat zal je verrassen.

 

0 Comments
<<Previous

    Archieven

    September 2018
    Maart 2018
    Februari 2018
    Januari 2018
    Oktober 2017
    September 2017
    Augustus 2017
    Juni 2017
    Mei 2017
    April 2017
    Maart 2017
    Februari 2017

Foto

Griffel & Bok
Van Merlenstraat 60
2518 TG Den Haag
info@griffelbok.nl
+ 31 6 20 75 12 32


© Griffel & Bok 2017


​